Daantje zit in de eerste klas van de HAVO, is 13 jaar en heeft voor het eerst proefwerkweek. Ze staat er niet zo goed voor op school, maar zou met de punten van de proefwerkweek haar gemiddelde omhoog kunnen halen. De druk is dus groot.
Daantje wordt elke keer enorm zenuwachtig als ze een proefwerk krijgt. De week voor de proefwerkweek zit ze in de klas. Haar mentor noemt al haar slechte punten die ze de laatste tijd gehaald heeft. Niet voor Daantje alleen, maar voor de hele klas. Daantje voelt haar maag samen trekken. Ze voelt boosheid in haar opwellen want ze begrijpt niet waarom haar mentor dit doet. Ik weet dat ik het kan, ik weet dat ik het kan! Ik zal eens laten zien dat ik het haal. Thuis zit ze uren achter haar boeken. Het wil maar niet lukken. De letters dansen voor haar ogen en ze legt haar boeken even naast haar neer. Op dat moment komt haar vader naar boven. Hij moppert wanneer hij ziet dat Daantje niet meer aan het leren is. Daantje ben je nu alweer afgeleid? Ga nu eens serieus leren. Misschien moet ze inderdaad alle spullen die afleiden weg leggen. Ze doet een volgende poging. De woorden van haar mentor dreunen nu door haar hoofd. Daantje, jouw punten dat kan gewoon echt niet! Pfff het moet lukken, het moet lukken zegt ze tegen haar zelf. Misschien als mama mij overhoort. Tijdens het overhoren krijgt ze het niet voor elkaar de juiste antwoorden te formuleren. Ze raakt gefrustreerd. Ze ziet de teleurstelling in haar moeders ogen wanneer ze zegt: Maar Daantje je moet nu echt goed gaan leren. Daantje ontploft en stormt naar boven. Mama roept nog dat ze alleen maar wil helpen. Dat snapt ze wel en nu voelt ze zich ook nog schuldig. Ze is boos, verward en voelt zich schuldig. Haar buik doet zeer.
De volgende dag begint de proefwerkweek. Daantje vertrekt naar school met een zwaar gevoel in haar maag. Mama zegt dat ze zeker weet dat ze het kan en dat stemt Daantje positief. Ja , ik kan het. Het gaat goed komen. Op school krijgt ze de toets voor haar neus. De letters dansen voor haar ogen. Daantje weet niks meer. Ze begint te zweten, haar maag keert zich om. Ze rent de klas uit en is nog net op tijd bij de wc om alles eruit te gooien. Haar leraar geeft haar een glaasje water en laat haar even tot rust komen voordat Daantje verder mag gaan met haar toets. Het maakt Daantje niet meer uit. Ze is er helemaal klaar mee en wil gewoon naar huis; op haar kamer zitten met haar hoofd onder de dekens. Daantje weet dat ze de toets slecht heeft gemaakt en is bang dat ze daarom naar een andere school moet. Wist ze maar hoe aan haar leraren uit te leggen hoe ze zich voelt.
Reactie plaatsen
Reacties